L'isola
Rossella Biscotti
Solotentoonstelling
25 mei – 8 juli 2012
Vleeshal (Kaart)
Curator: Lorenzo Benedetti

De titel van Rossella Biscotti’s tentoonstelling is gebaseerd op de eerste Italiaanse gevangenis voor langgestraften die in 1793 zijn deuren opende op het eiland Santo Stefano, vijftig kilometer uit de kust van Napels.
De in De Vleeshal getoonde sculpturen zijn afdrukken van de vloeren van sommige cellen en andere specifieke ruimtes in de gevangenis. De sculpturen zijn gemaakt van zware loden platen die met mankracht naar en van het eiland zijn vervoerd. Onderdeel van de tentoonstelling is ook een video die bestaat uit ‘notities’ van het werkproces gefilmd op 8 mm. Het is een compilatie van materiaal dat is opgenomen tijdens verschillende bezoeken aan de locatie en omvat ook een politieke actie die werd geïnitieerd door de kunstenaar, samen met een groep activisten, en ondersteund door verschillende gedetineerden die op dat moment in hongerstaking waren.
Dit project van Rossella Biscotti is gebaseerd op onderzoek naar de betekenis van gevangenschap. Geïnteresseerd in de algemene omstandigheden van de gevangene, analyseert ze de psychische effecten van eenzame opsluiting, die tot doel heeft fysieke en geestelijke vermogens te vernietigen.
Door middel van het panopticon, een constructie ontwikkeld door Jeremy Bentham halverwege de 18e eeuw, wist de institutionele macht de gevangene te straffen en zijn identiteit te vernietigen door hem constant het gevoel te geven dat hij in de gaten wordt gehouden.
Net zoals in haar andere werk is Biscotti geïnteresseerd in de verhouding van het individu tot de gevestigde orde. De Santo Stefanogevangenis heeft tot 1965 gefunctioneerd. Hij is ook gebruikt voor politieke gevangenen.
Serie
Vleeshal is niet alleen een bijzonder centrum voor hedendaagse kunst dankzij haar atypische tentoonstellingsruimte en verrassende programmering, maar ook omdat zij een collectie heeft - een unicum. In de jaren 1990 werd onder impuls van toenmalig directeur Lex ter Braak aan een ambitieuze collectie van hedendaagse beeldende kunst begonnen. Deze collectie was bestemd voor een nieuw voorzien museum in Middelburg, met als werktitel Museum IX/13.
De collectie betreft twee blokken, enerzijds landelijke en lokale kunst uit de BKR-regeling (de afkorting BKR staat voor Beeldende Kunstenaars Regeling, een internationaal unieke regeling, die van 1949 tot 1987 kunstenaars een (tijdelijk) inkomen bood in ruil voor kunstwerken of andere artistieke tegenprestaties). Anderzijds een aanzet tot een radicaal internationale collectie hedendaagse kunst, met enkele grote ensembles van een beperkt aantal kunstenaars (met o.a. Jimmie Durham, Nedko Solakov, Suchan Kinoshita, Cameron Jamie, Pippilotti Rist en Job Koelewijn), maar te weinig om er zonder doorgedreven verdere collectie-uitbouw een lokale werking mee te kunnen opzetten. De stad Middelburg besloot dit museum niet te bouwen en de collectie niet verder te zetten. De aanzet van collectievorming had daardoor zijn mogelijke context en zichtbaarheid verloren en bezwaarde Vleeshal, voor wie de collectie een opslagkost en beheersvraagstuk was geworden.
Gezien de nauwe historische banden tussen Middelburg en Antwerpen, het collectieprofiel van het M HKA en het feit dat Bart De Baere lid was van de adviescommissie bij de samenstelling van de Vleeshal-collectie, werd ze aan het M HKA in langdurige bruikleen gegeven. M HKA gaf deze collectie een publiek bestaan door de kunstwerken te valoriseren in zijn collectietentoonstellingsbeleid.
Er is al jaren geen actief aankoopbeleid meer. De collectie wordt hier en daar uitgebreid met sporadische aankopen en schenkingen van kunstenaars die deel uitmaken van het Vleeshal-programma.