This website uses different types of cookies. You can read more about this in our Cookie Statement. You can indicate your cookie preferences via the "Change settings" button.

Beervelde, 1966 – now

Raoul de Keyser, Etienne Elias, Lucassen, Roger Raveel

Group exhibition

16 July – 24 August 1980
Vleeshal (Map)

Etienne Elias, 'Titane en de nieuwe badkamer'. Olieverf/doek, 1979 | Beervelde, 1966 – now | Raoul de Keyser, Etienne Elias, Lucassen, Roger Raveel

This text is only available in Dutch

Het ontstaan van de Beervelde-groep is voor een groot deel te danken aan het toevallige bezoek dat de graaf van Kerckhove de Denterghem bracht aan een tentoonstelling van Roger veel in het paleis voor Schone Kunsten te Brussel in 1966. De graaf, een leek op kunstgebied, was onder de indruk van de speelsheid van het werk van Raveel en besluit hem te vragen 4 of 5 gedeelten in de gangen van het kasteel Beervelde te decoreren, die hij als recreatieruimte voor zijn zoons wilde laten inrichten.

Het kasteel in omstreeks 1950 opnieuw gebouwd op de funderingen van een 19e eeuw kasteel, omringd door een groot park met gazons, vijvers enz. te Beervelde, op ong. 20 kilometer van Gent.

Raveel neemt contact op met de graaf en bezoekt daarop het kasteel. hij wil de opdracht aanvaarden, maar stelt daarvoor twee voorwaarden. De eerste is, dat hij de gehele architectuur van de gangen erin kan betrekken en de tweede is, dat niet hij alleen de opdracht krijgt, maar samen met drie andere kunstenaars het werk kan uitvoeren en wel met nog twee Vlamingen, Raoul de Keyser en Etienne Elias en met een Nederlander: Lucassen.

Dit was het ontstaan van wat later de Beervelde-groep of ook wel De Nieuwe Visie zou worden genoemd. De Nieuwe Visie is een term die door auteur (en officiële Raveel-biograaf) Roland Jooris in 1964/65 werd gelanceerd om Roger Raveel’s werk te verduidelijken. Het project bleek een kortstondig avontuur te zijn, waarbij vier kunstenaars onverwacht een daad konden stellen om bepaalde elementen in hun afzonderlijke werk die overeen kwam te verwezenlijken en in een unieke vorm naar voren te brengen. Het gezamenlijke werk leverde geen gesloten groep op, waarvan de leden gezamenlijke verder gingen.

Voor Roger Raveel was het echter belangrijker. Voor hem moest het werk een manifest worden van zijn Nieuwe Visie. In Beervelde kon hij verwezenlijken wat zich sinds zijn eerste tentoonstelling in 1954 in een vrij konsekwente evolutie al had geponeerd, nl. een absolute schilderkunst op te bouwen met eenvoudige, maar veelzijdige schilderkunstige middelen, proberend de beslotenheid van het schilderij te doorbreken door er de omgeving en de toeschouwers direct in te betrekken. Dat het werk in Beervelde perfect in zijn ontwikkeling en bedoelingen paste wordt daardoor duidelijk. Raoul de Keyser stond van de drie overige deelnemers het dichtst bij Raveel in de periode Beervelde. Dit is niet zo verwonderlijk. Het vocabularium van zijn vroegere werken bestaat uit eenvoudige voorwerpen: deur, voetbalveld, camping enz. De werken hebben oppervlakkig gezien een zekere verwantschap van vorm en ook de zorg om de toeschouwer bij het werk te betrekken komt overeen.